Verwardheid

Verwardheid, ook wel delirium of delier genoemd, is een tijdelijke geestelijke aandoening die vaak voorkomt bij patiënten op de IC. Deze verwardheid ontstaat meestal als de patiënt wakker wordt, nadat de medicatie die de patiënt in slaap heeft gehouden is gestopt.

Oorzaken

Een delirium wordt vaak veroorzaakt door een combinatie van factoren. Bijvoorbeeld een grote operatie of een ernstige ziekte. Ook een infectie, een ongeluk, medicijngebruik, stress, angst of slaapgebrek kunnen bijdragen aan het ontstaan van deze verwardheid. Andere factoren die een rol kunnen spelen zijn stoornissen in de hormoonhuishouding en de stofwisseling. Ook kan alcoholgebruik of het plotseling staken van dit gebruik een delier veroorzaken. Oudere patiënten hebben een grotere kans op een delier.

Symptomen

Bij een delirium gedraagt de patiënt zich heel anders dan normaal. Zo weet de patiënt vaak niet waar hij is en welke dag het is, is er een verstoring van het dag-nachtritme, kan hij de aandacht slecht vasthouden en treedt er prikkelbaarheid en agitatie op. Het is mogelijk dat patiënten dingen zien of horen die er niet zijn (hallucinaties) zoals beestjes, stemmen of geluiden en kunnen ze last van waanideeën hebben. Ook kunnen patiënten last hebben van motorische onrust waardoor ze vaak en veel bewegen en proberen slangetjes en dergelijke te verwijderen. Deze veranderingen in het gedrag ontstaan plotseling en kunnen wisselen gedurende de dag. Soms treedt juist het tegenovergestelde op en is de patiënt stil en teruggetrokken (stil delier). 

Behandeling

Een delirium gaat bij de meeste patiënten na een paar dagen over. Wel is het belangrijk om patiënten te behandelen als ze een delirium hebben. Medicatie kan helpen de verschijnselen van een delier te verminderen. Ook zullen de artsen proberen te achterhalen wat de oorzaak van het delier is en deze behandelen. Foto's van familie, vrienden en huisdieren ophangen kan helpen voor de patiënt als oriëntatie. Indien de patiënt een bril of hoorapparaat gebruikt is het belangrijk deze mee te nemen naar de IC. Een klok en kalender zijn vaak goede oriëntatiehulpmiddelen. 

Vrijheidsbeperkende maatregelen

Tijdens de onrust en verwardheid kunnen patiënten de beademingsbuis, infusen of sondes die van levensbelang zijn uit hun lichaam trekken. Om te vermijden dat een patiënt zichzelf schade toebrengt of uit bed valt, passen wij zo nodig vrijheidsbeperkende maatregelen toe. Het is dan noodzakelijk de polsen van de patiënt vast te maken met een attentiebandje aan het bed. De verpleegkundige zal de contactpersoon hiervan op de hoogte brengen. Zodra de patiënt weer rustig of helder is worden de bandjes weer verwijderd.

Sluit de enquête